Eindelijk heb ik mijn heksenbezem gevonden. Onlangs was ik op vakantie in de Noord-Spaanse regio Asturië. Aan de voet van de Covadonga, een van de grootste bergen van de Picos de Europa, vond je winkeltjes met allerlei prullaria. Meestal is het alleen maar toeristenmeuk. Eén winkeltje stak er met kop en schouders boven uit. Handgevlochten picknickmanden, uit olijfhout gesneden mestvorken en iets waar ik al lang naar zocht; een echte heksenbezem.
Nu had ik er wel eentje gezien bij Dille & Kamille. Maar ja, daar zat nou niet echt een ‘witchy feel’aan. Deze aankoop werd dan ook niet puur gedreven door commercie maar gesloten door een Spaanse heer van zo’n 90 jaar oud. Terwijl wij snuffelden tussen zijn spulletjes, keek zijn als even oude eega wakend toe. Ik zag mijn heksenbezem en was meteen verkocht. Het was geen vuurflits of een Nimbus 2000 maar echte authentieke met grote, verwrongen takjes en twijgjes.
De heksenbezem heeft veel geschiedenis
Natuurlijk is de heksenbezem een accessoire pur sang voor iedere zichzelf respecterende heks, maar wat moet je er eigenlijk mee? Natuurlijk kun je de tuin er mee aanvegen, maar de heksenbezem kan nog veel meer. Zo geloofden ze vroeger dat een heksenbezem juist heksen buiten de deur hield. De heksenbezem diende dus als een talisman tegen het kwaad. Je zette hem dan met de steel naar beneden voor de voordeur. Daarmee werd de weg voor de heks versperd.
Net zoals de Eguzki-lore doet in Baskenland. De heksenbezem wordt ook gebruikt binnen rituelen om boze geesten te verjagen. Dit gebruik komt voor in de Surinaamse Winti (voorouder) cultuur. De obiaman of bonuman (een ritueel begeleider) veegt de kwade geest dan weg met de obia (een bezield voorwerp met spirituele kracht, in dit geval de heksenbezem) tijdens een dans. Een obia kan ook een ander voorwerp of zelfs een medicijn of amulet zijn dat beschermt tegen hekserij en toverij (Price & Price 1980:86).

Maar waar komt de heksenbezem nu eigenlijk vandaag? Heksen gaan naar de heksenviering (de heksensabbat) werd er vroeger gelooft. Deze heksensabbat was een bacchanaal waarbij de duivel aanbeden werd. De inquisitie (heksenjagers) geloofde dat heksen tijdens de sabbat vooral moesten vertellen wat ze voor gruweldaden zij begaan hadden.
Dat kon een (kinder)moord zijn of de oogst verpesten. Maar ook het vervloeken van de boeren en ‘gewone’ misdaden hoorde daarbij (Maxwell-Stuart, 2007). Daarnaast aten ze rotte etenswaren en kusten de duivel zijn anus. Heksen spraken af op geheime plekken zoals het bos of de Cueva de la Brujas in Zugarramurdi.
Dit gebeurde ’s nachts als iedereen lag te slapen, in het diepste geheim. Omdat sommige plekken moeilijk bereikbaar waren gebruikte ze de bezem om er naartoe te vliegen. Tijdens de sabbat werd er gedanst, gedronken en gesekst met de duivel en elkaar, net zo lang tot de zon opkomt. Beschonken en moe klommen zij op de heksenbezem om richting huis te gaan.
Als ze te laat vertrokken kwam de zon alweer op en verloor de heksenbezem haar magische kracht. De bezem viel dan naar beneden. Die bezem raakte verstrikt in de takken van de bomen. Ondanks verwoede pogingen om de bezem los te krijgen bleven de bezemtakken hangen en trokken ze alleen de steel mee (Baars, 2013).
Heksenbezems zijn alive and kicking
Met name in berkenbomen zie je heksenbezems vastzitten. Echter is dit helaas geen gevolg van een dronken heks zonder BOB, maar vanwege een parasitaire ziekte. Ze komen ook voor in eiken, iepen, appel- en pruimenbomen en zijn een vorm van woekering waarbij een enkele groeitop uitgroeit tot een kluwe. Schimmels en andere ziektemakers zijn hiervoor verantwoordelijk. De heksenbezem lijkt dan ook vogelnestje maar is dat niet. In het Duits wordt zo’n heksenbezem een Mahrenest genoemd, wat nachtelijke kwelgeest of heks betekent (Baars, 2013). Mahrenest komt ook van het woord ‘nachtmerrie’ en de Ierse godin Morrigan (koningin van de maren en maretak en óók een parasiet).

De Heksenbezem wordt ingesmeerd met hallucinerende kruiden
Heksen zouden zich schuldig maken aan seks met de duivel. Ze zouden ’s nachts de penis kunnen stelen van een slapende man en huwelijken kunnen ontwrichten. Veel van de heksendaden zijn verwant aan vrouwelijke seksualiteit. Zo ook de heksenbezem. De heksenbezem heeft nu eenmaal een fallus achtige vorm en de heks ‘rijdt’ erop. Naar verluidt smeerden de heksen de bezem in met ‘vliegzalf’. Een smeersel bestaande uit zeven verschillende hallucinogenen.
De vliegzalf bestond o.a. uit ijzerhard, vuurwerkplant, bingelkruid, huislook, valeriaan, betonie en goudsbloem. Maar ook het giftige wolfskers en monnikskap zijn daarbij verdachten. Deze laatste twee zijn logischer omdat deze ook daadwerkelijk een hallucinogeen zijn. In de zeven hierboven genoemde kruiden is alleen het bingelkruid giftig. IJzerhard en valeriaan zijn bijvoorbeeld weer lustopwekkend. De bezem werd dus ‘magisch’ en gaf een gevoel van ‘vliegen’ (van der Veen, 2012). Daarnaast lijkt de vliegzalf te fungeren als een soort glijmiddel. Hoe dan ook, met een heksenbezem heb je pret.
De heksenbezem werd ook gezien als middel om je te verbinden met een kosmische energiestroom. De heksenbezem verbindt je met diverse kosmische werelden, de boven- en de onderwereld. Een traditionele heksenbezem bestaat uit een es voor de steel, berk voor de twijgen en de wilg om alles samen te binden (van der Veen, 2012). Helaas voldoet mijn heksenbezem niet aan de traditionele boomsoorten en kenmerken maar hij heeft inmiddels wel een mooie plekje gevonden bij de voordeur. Alleen dan met de steel naar boven.
x
𓆙 Atropa 𓁼❊𓁼
Urban Witches Rotterdam
instagram.com/urbanwitchesrotterdam
Are you a Grammar-Witch? Schroom niet om mij te wijzen op mijn taaltechnische onvolkomendheden
Er zijn nog talloze andere vormen van bijgeloof met betrekking tot de heksenbezem. Mijn informatie komt uit verschillende wetenschappelijke en historische bronnen of van mensen die op een adequate manier zelf oude bronnen raadplegen. Voor dit artikel heb ik gebruik gemaakt van verschillende websites zoals: Natuurverhalen.nl en een prachtig artikel van Abe van der Veen via Abedeverteller.nl. Ook heb ik gebruikt gemaakt van het boek ‘Heksen, een geschiedenis’ van Maxwell-Stuart en het essay genaamd The Flying Phallus and the Laughing Inquisitor: Penis Theft in the “Malleus Maleficarum”van Moira Smith.